12 stooktips voor houtkachel en open haard

12 november 2024
Actueel

Benieuwd naar wanneer of hoe u het beste uw houtkachel en open haard kunt gebruiken? Wij hebben twaalf stooktips op een rijtje gezet voor de houtkachel en de open haard.

De houtkachel en open haard

Met name in deze periode geeft de houtkachel of open haard warmte  en gezelligheid, maar het kan voor overlast zorgen. Door middel van onderstaande tips weet u wanneer het vuur beter uit kan blijven. Of bijvoorbeeld welke producten u het beste kunt gebruiken met de garantie dat het haardhout uit een verantwoord bos komt. 

Stooktips

  1. Stook alleen droog hout. Vochtig hout brandt niet goed en dat geeft extra veel rook en fijnstof. Zelf houthakken? Droog het hout dan minstens 2 jaar. Het hout is droog als het gebarsten is of als de bast loslaat.
  2. Gebruik nooit geverfd of geïmpregneerd hout: bij verbranding komen zware    metalen vrij. Het is daarom verboden om bewerkt hout te verbranden. Ook (spaan)plaat hoort hierbij, vanwege de lijm die erin zit.
  3. Stook geen papier en karton. Het geeft veel rook en vliegas en is daarom zelfs verboden als brandstof.
  4. Heb je een allesbrander? Neem dit woord niet letterlijk: je mag er niet alles in verbranden. Verbrand alleen onbewerkt, droog en schoon hout. Dus geen plastic, geverfd hout enzovoort. Afval verbanden is verboden.
  5. Stook niet bij windstil of mistig weer: de rook blijft dan hangen en kan plaatselijk veel luchtvervuiling veroorzaken. In de stookwijzerexterne-link-icoon kunt u zien wanneer u beter niet kunt stoken.
  6. Gebruik haardhout met het FSC- of PEFC-keurmerk. Dat garandeert dat het uit verantwoord beheerd bos komt. 
  7. Wordt het binnen te warm met de houtkachel aan? Stook dan met minder hout en zet even een raam open. Schuif de luchttoevoerklep niet dicht ('smoren'): het hout verbrandt dan niet volledig waardoor er extra veel schadelijke stoffen ontstaan.
  8. Zet de luchttoevoer in de kachel helemaal open, net als de klep in de schoorsteen. Dat zorgt voor betere verbranding en dus minder schadelijke stoffen (zoals PAK’s en koolmonoxide).
  9. Houd ventilatieroosters tijdens het stoken open (of zet een raampje open). Het vuur kan dan zuurstof aantrekken en de rook kan via de schoorsteen afgevoerd worden.
  10. Controleer of je goed stookt: een goed vuur heeft gele, gelijkmatige vlammen en je ziet bijna geen rook uit de schoorsteen komen. Oranje vlammen en donkere rook geven aan dat de verbranding niet goed is: zorg dan voor voldoende luchtaanvoer.
  11. Laat de schoorsteen minstens één keer per jaar schoon vegen.
  12. Stook niet iedere dag en zeker niet langer dan 4 uur op één dag. Zo blijf je vrienden met de buurt.